De focus voor het gezondheidsinformatiestelsel ligt primair op het realiseren van interoperabiliteit en het meenemen van de inzet van de beschikbare data en digitale diensten in het herontwerp van zorgprocessen. De huidige zorgprocessen en digitale mogelijkheden zijn daarbij het vertrekpunt. Er wordt ingezet op de elektronische uitwisseling van gegevens in lijn met de afspraken die gemaakt zijn met het veld (bijvoorbeeld als onderdeel van IZA en de Wegiz). In de termen van vandaag spiegelt het zorginformatiestelsel zich aan het zorgstelsel met een daarbij passende governance, gericht op de regierol die het zorgveld van het ministerie van VWS vraagt. De basis voor secundair gebruik wordt gelegd.
De focus ligt op het wegnemen van knelpunten die interoperabiliteit in de weg staan en zoals focus- en VIPP-programma’s die knelpunten ervaren. Dat betekent dat in deze periode verschillende infrastructuren nog naast elkaar bestaan maar dat er wel een keuze wordt gemaakt voor een toekomstbestendig infrastructuurscenario gericht op het realiseren van databeschikbaarheid. Het groeipad daarnaartoe wordt uitgewerkt vanuit het perspectief van integrale zorg en ondersteuning, de verdere ontwikkeling van netwerkzorg, de inzet van data voor secundaire gebruik en de ondersteuning van de stappen richting meer digitale zorg en preventie.
In deze periode beschikt elk afsprakenstelsel met betrekking tot gegevensuitwisseling nog over een eigen vertrouwensmodel. De eerste stappen om te komen tot een overkoepelend vertrouwensmodel worden gezet. Daarnaast ligt de focus op de realisatie en implementatie van gemeenschappelijke voorzieningen. De markt is nog relatief gesloten, concurrentie vindt veelal plaats op data en integratie van digitale toepassingen vindt nog versnipperd plaats. Bestaande wet- en regelgeving zijn een gegeven, maar een heroriëntatie op grondslagen is wenselijk. De lopende trajecten en interventies moeten de basis op orde brengen voor het tweede plateau.